Wat is Call/Put
Termen die u als handelaar in opties nogal eens tegenkomt zijn de call- of put ratio. Dit is in feite gewoon een verhouding tussen het aantal call- en put-opties die verhandeld zijn. En dat tijdens een periode op de beurs. Handelaren gebruiken de call/put ratio als z.g. ‘indicator’. Namelijk de indicator van een korte termijn verwachting van beleggers in opties. Bij binaire opties komt dit neer op “stijgen of dalen” van de koers en is de termijn waarbinnen een van beiden wordt verwacht vaak zeer kort. Toch lichten we het concept van call en put graag nader toe.
Voorbeeld
Om de call/put ratio te verduidelijken, gebruiken we een voorbeeld. Want is bijvoorbeeld op een bepaald moment de ratio van een optie groter dan 1, dan betekent dit eenvoudigweg dat er gewoon meer calls zijn verhandeld dan puts. Hieruit kan u aflezen dat de beleggers in opties binnen een bepaalde periode een stijging zullen verwachten. Is de ratio (de call/put ratio) echter kleiner dan 1, dan kunt u dit als indicator gebruiken en er vanuit gaan dat beleggers een daling verwachten. Normaal gesproken is (gemiddeld) de call/put ratio groter dan 1. Wanneer is deze ratio met name een zeer interessante indicator voor u? U kunt deze call/put ratio met name gebruiken als indicator wanneer u handelt in kleine verschillen. Bijvoorbeeld uitschieters groter dan 1,9 of kleiner dan 1.
Wanneer een call optie kopen of een put optie?
U kunt een call optie kopen wanneer u een bepaalde stijging verwacht van de ‘onderliggende waarde’. Een put optie koopt u echter indien u een sterk vermoeden hebt dat de koers daalt. Uiteindelijk draait alles om beweging. U speelt in feite met koersstijgingen en koersdalingen en dit alles op vermoedens. Er zijn natuurlijk ook risico’s voor u als belegger in opties. Zo kan het zijn dat een onderliggende waarde van een aandeel minder snel beweegt dan u had verwacht. Opties worden over het algemeen duurder wanneer het aandeel sterk beweegt. Zoals je ziet is bij het handelen in binaire opties call en put misschien eenvoudiger vanwege de snelle tijd waarbinnen je een stijging of daling kunt verwachten.
Strategieën en voorbeelden
Nog even snel een korte uitleg wat opties zijn: Een optie kopen geeft rechten om de onderliggende waarde te kopen dan wel te verkopen op een vooraf gestelde prijs en looptijd. Je hebt nu dus 2 opties, namelijk de call-en putopties. Je kunt ze ook schrijven, wat inhoudt dat je de betaalde premie ervoor krijgt.
Een aantal goede strategieën voor call of put:
Als je verwacht dat de beurs flink gaat dalen of stijgen kun je zowel een calloptie als een putoptie kopen. Je speculeert dan op een grote stijging of daling. Je kunt dan maximaal je inleg verliezen, maar de winsten kunnen behoorlijk zijn. Een voorbeeld:
- Je koopt de call op ASML en de put ASML op 90 euro en betaald daar in totaal 5 euro voor.
- Als de koers naar 100 gaat heb je dus 10 euro per aandeel verdiend. Dit is een rendement van 100%.
- Als de koers instort en gaat naar de 70 euro, dan heb je 20 euro verdiend minus de inleg is 15 euro per aandeel. Je winst is dan 300%.
- Als ASML tussen de 85-95 blijft dan heb je geen winst en dus verlies als je de opties niet verkoopt en tot het einde van de looptijd wacht. (Misschien is het namelijk zo dat je tussentijds wel op winst staat.
Als je verwacht dat een aandeel flink gaat zakken kun je een put kopen. Daarop schijf je weer een put en zo is je investering kleiner en jee rendement tot op zekere hoogte hoger. Ook kun je de put optie of call optie afdekken met een ander hefboomproduct zoals turbo’s.
Een turbo is een van de vele hefboomproducten die worden aangeboden op de beurs en je kan maximaal je inleg verliezen ermee. Dus je kunt een call optie kopen en een short positie innemen op een aandeel wat het hardst daalt bij een daling van de beurs. Een short positie houdt in dat je speculeert op een daling. Zo profiteer je van een stijging of daling op een relatief veilige manier.
Dan een optiestrategie die weinig risico met zich meebrengt:
Als je een pakket van 100 aandelen koopt en je schrijft daarop een korte call van 3 maanden, en je koopt een put die je financiert met het dividend van een aandeel(bijvoorbeeld Royal Dutch Shell, die altijd dividend uitkeert tot anno 2015) dan is bij een grote daling je verlies beperkt. Ondertussen krijg je dividend elk jaar en schrijf je korte call opties op je aandelen. Zo verdien je elk jaar wat en je financiert met de geschreven calls en dividend de langjarige put optie.
Een voorbeeld:
- Koop 100 aandelen RDS van 23 euro en koop een put 2020 op 23 euro.
- Stel de put kost 3, 5 euro, dan krijg je in 5 jaar aan dividend 5 keer 1,2 euro.
- Dat is 6 euro en dus heb je de put optie al gefinancierd.
- Als je dan kortere calls op de aandelen schrijft verdien je daar ook nog eens 1 a 2 euro per jaar mee.
Zo kan je winst aardig oplopen en is je verlies beperkt mocht de koers in het begin instorten. Deze optiestrategieën zijn vaak lucratief als je de markt volgt. Maar je handelt uit eigen verantwoordelijkheid en kan dus geen rechten aan deze strategieën ontlenen.